De 25-jarige Yasmin Sewgobind doet al vijf jaar aan de vechtsport Braziliaans jiujitsu. Het is een vechtsport die valt onder de categorie “martial arts”, zelfverdedigingsport.

Yasmin, je doet aan de vechtsport jiujitsu. Kun je daar wat meer over vertellen?
Jiujitsu is van oorsprong een verdedigingssport. Maar tegenwoordig beoefenen we ook de wedstrijdvariant en die is heel aanvallend. Veel mensen denken dat het iets als capoeira is, maar dat is zeker niet zo. Jiujitsu is een full-contactsport. Dat betekent dat het eigenlijk een mix is tussen judo en worstelen, maar dan gefocust op het grondgevecht. Met judo of worstelen is het spel afgelopen als je tegenstander op de grond ligt, maar bij jiujitsu begint het spel dan juist pas. Vervolgens gaat het net zolang door totdat iemand zichzelf overgeeft.

Hoe ben je met deze sport in aanraking gekomen?
Ik ben pas op mijn achttiende echt met sport begonnen. Daarvoor deed ik wel een beetje aan jazzballet, wat ik toen erg leuk vond. Maar ik was nooit echt “into the sports”. Mijn zusje keek weleens naar vechtsporten en wilde graag op kickboksen. En ik moest mee van haar. Ik vond het erg leuk. Na twee maanden was ik al verkocht aan het grondgevecht. Maar de kickboksles was al vol in het sportcentrum waar we wilden trainen. Dus ben ik op karate gegaan. Daarin kwam ook een stukje grondgevecht aan bod. Vooral dat stukje sprak me heel erg aan. Ik voelde gewoon dat het heel effectief was, en heel realistisch. Toen zei mijn trainer: “Hey, ik ken een hele goede vechter die aan kickboksen en Braziliaans jiujitsu doet.” En zo heb ik kennisgemaakt met Braziliaans jiujitsu.

Ik heb begrepen dat jiujitsu oorspronkelijk uit India komt. Wat is het verschil tussen Indiaas en Braziliaans jiujitsu?
Jiujitsu komt inderdaad oorspronkelijk uit India. De Boeddhistische monniken streefden het ahimsaprincipe na en gebruikten dus geen wapens. Dus ontwikkelden zij een zelfverdedigingsysteem waarbij je de krachten van het lichaam gebruikt. Met de verspreiding van het Boeddhisme is dit systeem overgewaaid naar China en Japan. Op een gegeven moment kreeg Japan een jiujitsukampioen. Hij ging naar Brazilië om daar een Japanse kolonie te stichten. Een Braziliaanse man, Gracie, wilde hem helpen, in ruil voor jiujitsules aan zijn zoon. Zo is het overgewaaid naar Brazilië. Er ontstond als het ware een “trade”. Vervolgens hebben de Brazilianen de technieken van de Japanse beoefenaar verder ontwikkeld tot een grondvechtsport. Daarbij lag de nadruk op het evenwichtaspect. En zo is de Braziliaans jiujitsu ontstaan.

Was jiujitsu dé sport die je aantrok of waren er ook andere sporten die je erg leuk vond?
Jiujitsu was inderdaad wel de sport die me het meest aantrok, maar ook worstelen en kickboksen vond ik erg leuk. Mijn passie is grondvechten, maar daarnaast is het mijn grootste uitdaging om een allroundvechter te zijn. Goede stoten, trappen en takedowns horen daar gewoon bij. Ik begon met kickboksen, daarna heb ik aan worstelen gedaan. Vervolgens nog wat mixed martial arts (stoten, trappen, gooien, klemmen). Kortom: het hele pakket. Maar uiteindelijk is Braziliaans jiujitsu echt mijn pure passie geworden. Het is een kunst, een discipline en een heel uitdagende sport. Tijdens het beoefenen ervan weerspiegel je jezelf ook. En dan wordt het een strijd met jezelf. Dat is heel fascinerend!

Tot nu toe heb je heel wat bereikt in je carrière als jiujitsuka. Zo ben je Europees kampioen Braziliaans jiujitsu geweest, derde op de Wereldcup en zelfs eerste op het WK. Hoe kijk jij hier tegenaan en hoe ga je met dit succes om?
Succes en victory zijn altijd de mooie gedeeltes van de sport. Glorie is natuurlijk heel leuk, maar het is niet iets waar je je op moet vastpinnen. Glorie is een leuk onderdeel van de sportwereld, maar het is niet het doel waar je je uiteindelijk op richt. Het is iets tijdelijks. Maar dat zul je pas beseffen als je het hebt bereikt. In sport kan er heel veel gebeuren, zowel leuke als minder leuke dingen. Je kan een keer kampioen worden, maar je kan ook weleens een blessure oplopen. Dus ik zie die succesmomenten meer als leermomenten. Het zijn tijden waarin je leert omgaan met winst en verlies. Het is natuurlijk wel hartstikke leuk om kampioen te worden. Ik ben ook heel erg trots op alles wat ik heb behaald. Maar het belangrijkste is dat je van de sport houdt en ermee doorgaat. Passie en doorzettingsvermogen zijn het belangrijkste. De rest komt vanzelf wel. Glorie ligt niet verscholen in het winnen, maar in het opstaan na elke val.

Waar dank jij je succes aan?
Er zijn heel veel mensen aan wie ik mijn succes te danken heb. Mijn trainer, de jongens met wie ik train, mijn ouders… Ze hebben een heel positieve invloed op me gehad en me heel erg gesteund. Dus ik heb mijn succes zeker aan hen te danken, maar ook wel aan mezelf. Als ik van Braziliaans jiujitsu mijn passie niet had gemaakt, had ik dit alles niet bereikt.

Wat voor invloed heeft het beoefenen van Braziliaans jiujitsu op je leven?
Zoals ik je al zei, is Braziliaans jiujitsu echt mijn passie en daardoor heeft het ook een hele grote invloed op mijn leven. Tijdens mijn jiujitsucarrière heb ik heel veel gereisd en zo verschillende culturen ontdekt. Ik heb acht maanden in Brazilië gezeten en acht maanden in de VS. Sport bindt echt mensen. Als ik niet aan deze sport zou doen, zou ik bijvoorbeeld niet zo snel naar een land als Jordanië gaan. Het brengt me verder in de wereld. Het is een hele leuke en makkelijke manier om met de lokale bevolking in aanraking te komen. Ik leer dus veel verschillende culturen kennen, en tegelijkertijd geeft Braziliaans jiujitsu mij de gelegenheid om mezelf te ontwikkelen. Zowel op fysiek als mentaal en sociaal gebied. Het is een heel leuke ervaring.

De wereld van de vechtsport wordt gedomineerd door mannen. Hoe ervaar jij dit?
Ik vind het heel jammer dat er zo weinig vrouwen zijn in de vechtwereld. Aan de ene kant is het wel logisch, omdat het idee heerst dat mannen sterker zijn dan vrouwen. Maar aan de andere kant is het onzin. Natuurlijk zijn er verschillen tussen mannen en vrouwen, maar voor een vechter maakt dat niet uit. Het mooie van Braziliaans jiujitsu is dat zelfs een klein persoon een grotere kan domineren. Jiujitsu haalt eruit wat erin zit en dat maakt het zo’n bijzondere sport. Je hebt de krachten al in je zitten, maar beseft het alleen niet. Man, vrouw of kind, iedereen kan het. Als je maar in jezelf gelooft.

Heb je nog bepaalde toekomstplannen in de wereld van de vechtsport?
Mijn missie is eigenlijk om Nederland wakker te schudden, de sport onder de aandacht te brengen. Daarbij kun je denken aan lesgeven en het uitbreiden van de teams. Ik ga in ieder geval door met het beoefenen van de Braziliaans jiujitsu, en ik hoop in de toekomst les te kunnen geven aan een groter publiek.

Hoe zie je jezelf over tien jaar?
Dat beeld heb ik nog niet echt. Momenteel zit ik voor de uitdaging om dat beeld te vormen. Dat betekent dat ik moet kijken hoe ik de middelen die ik heb mooi kan vormgeven. Een paar jaar geleden heb ik mijn Bachelor of Communication gehaald, dus ik heb een communicatieachtergrond. Tegelijkertijd heb ik ook een Braziliaans jiujitsu-achtergrond. Deze twee wil ik graag combineren. Maar hoe ik dat precies ga doen, weet ik nog niet.

Wat zou je aan de lezers willen meegeven?
Blijf niet hangen aan het stereotype van vechtsporten. Vechtsporten zijn veel minder gevaarlijk dan mensen denken. De kans op ernstige blessures is zelfs lager dan bij een sport als rugby of voetbal. Daarnaast zijn vechtsporten voor iedereen. Je hoeft niet heel sportief te zijn of je spieren te trainen. Vooral bij martial artssporten, zoals Braziliaans jiujitsu dus, heb je alleen jezelf nodig. Je vaardigheden ontwikkel je vanzelf. Laat je dus niet belemmeren door je geslacht, lengte of fysieke kracht. Braziliaans jiujitsu is een kunst voor iedereen!

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *