Druk, druk, druk… Het lijkt wel het standaard motto van de hedendaagse mens. We zijn zo druk bezig met ons leven, dat we onszelf soms vier keer voorbij rennen en niet meer toekomen aan het stilstaan bij de essentie van ons leven, de schoonheid om ons heen en de goddelijke gedaantes die dagelijks hun licht op ons schijnen met hun schitterende glimlach.

Gisteren was ik aan het fietsen en keek ik naar de bomen langs het fietspad, de zon die scheen, de asfaltweg waarop geweldige auto’s reden en de mooie stenen huizen die mensen met zorg hebben onderhouden. Als ik hieraan terugdenk, bedenk ik me dat de wereld om ons heen eigenlijk heel bijzonder is, maar we zijn vaak teveel bezig met ons eigen leven om daarbij stil te staan. De schoonheid is om ons heen en zelfs in onszelf aanwezig, maar we lopen er blind doorheen en zijn blind voor de kwaliteiten in onze eigen lichaam en geest.

We zijn verdwaald in onze wisselende gedachten, wensen, verwachtingen, hoop en angsten. We zijn zo bezig met ons eigen leven, waardoor we de buitenwereld vaak vergeten. God heeft ons de aarde gegeven om op te leven, het gevuld met allerlei levensvormen en bijzondere energieën, en wat doen wij? Wij laten de vrijheid links liggen en rennen ervan weg. We hebben hutjes gebouwd en ons hierin opgesloten, zodat we altijd een veilig en vertrouwd plekje hebben waar we kunnen schuilen. Zo sluiten we ons af van het rijkdom dat de wereld buiten te bieden heeft.

We zijn vaak zo trots op de bezienswaardigheden, winkelcentra, buurthuizen e.d. waar we onze vrije tijd doorbrengen, maar beseffen we ons dat we dit alles niet zouden hebben als we de middelen hiervoor niet hadden? Beseffen we ons dat we het leven in andere landen benadelen om zelf goede voorzieningen te hebben? Beseffen we dat de aarde geduldig toekijkt terwijl wij haar beetje bij beetje vernietigen, bossen kappen, de lucht vervuilen, atoomwapens maken, de wateren vervuilen, dieren doden om onze tong te bevredigen met de smaak van hun lijken enzovoort?

We willen zoveel en omwille van die wensen schaden we de natuur, zonder ons te beseffen dat wensen eigenlijk als een jeukende huid zijn die gekrabd moet worden. Het is iets dat ons lastigvalt en om het te kalmeren, vervullen we het. Maar is dit ware vreugde? Kunnen wij werkelijk gelukkig zijn door de natuur te schaden en andere wezens leed toe te brengen? Kunnen wij gelukkig zijn wanneer we God via beelden vereren en ondertussen Zijn schepping en schepsels vernietigen? Wij huilen al als onze dierbare met pijn in het ziekenhuis ligt. Hoe moet God zich voelen wanneer Hij zijn kinderen één voor één ziet sterven en elkaar ziet pijnigen of zelfs vermoorden?

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *