De waan van kennis, ik heb er al eerder over geschreven. Toch doe ik het graag weer. Het is een onderwerp dat me dagelijks bezighoudt. Dagelijks besef ik me steeds meer hoeveel er nog te weten valt en wat ware kennis eigenlijk is.

Bij alles wat ik leer, komt er weer een vraag bij me op. Elk gegeven geeft me de wil om nog meer te weten te komen. Mijn dorst naar kennis lijkt nooit op te houden. Hierbij heb ik het niet over statische kennis, maar over kennis en inzicht door ervaringen. Ik begin er steeds meer van te houden om me op mijn eigen innerlijk te concentreren en mezelf te beheersen, mijn energie goed te besteden en de baas te zijn over mijn geest en neigingen. We noemen dit pad raaja yoga, ook wel bekend als Ashtaanga yoga of Patanjali yoga. In theorie begint het met waarden als waarheidstrouw, geweldloosheid, kuisheid en vrijheid van bezitzucht. In de praktijk is het voor mij begonnen met (achtereenvolgens) het verrichten van puja, het betwijfelen van zaken, het lezen en overpeinzen van de geschriften middels studie en discussie, het dienstbaar zijn naar anderen en het uiteindelijk loslaten van deze zaken.

Dat loslaten klinkt misschien heel raar, maar ik ben me steeds meer gaan beseffen in hoeveel materiële voorwaarden en barrières we onszelf eigenlijk verwikkelen wanneer we zo uitwendig bezig zijn. We kunnen zoveel puja doen, ons houden aan zogenaamde regels, naar de mandir gaan, de geschriften lezen en prediken, het schenken van giften et cetera… Maar wat bereiken we ermee als we niet eens eenvoudig mens kunnen zijn? Wat heeft puja voor nut als we niet eens onze medemens kunnen respecteren? Wat heeft het lezen van de geschriften voor nut als we de essentie ervan niet eens kunnen toepassen? Wat hebben giften voor nut als we geen liefde en oprechte dankbaarheid kunnen uitwisselen? Binnen ons hedendaagse Hindoeïsme wordt de nadruk zo vaak gelegd op zogenaamde regels en uitwendige praktijken, terwijl essentiële waarden als (mede)menselijkheid, liefde, respect, dienstbaarheid en dergelijke worden vergeten.

We leggen onszelf vaak allerlei taken op. Als we puja doen en naar de mandir gaan, zijn we vrome mensen. Als we vegetarisch zijn, zijn we goed bezig… We plakken onszelf allerlei labels op om de buitenwereld en onszelf ervan te overtuigen dat we goed bezig zijn en goede hindoes zijn. Natuurlijk is het goed om puja te doen, vegetarisch te zijn et cetera. Maar mijn ervaring is dat we vaak zo erg bezig zijn met zogenaamde regels en voorschriften, dat we de essentie van het hindoeïsme helemaal uit het oog verliezen. Ik denk dat de essentie van elke religie universele liefde is. En die liefde is precies wat mij zo trekt in raaja yoga. In raaja yoga zijn we niet meer bezig met het uitwendige. Niemand hoeft te zien hoe vroom we wel niet zijn. We doen het voor onszelf. De vrede en liefde die we hierbij ervaren, is onmetelijk. We maken kennis met de schoonheid om ons heen en leren kleine dingen steeds meer te waarderen en lief te hebben. Het is onbeschrijfelijk en alleen te ervaren met het gevoel. Want zeg nu zelf: Waar kunnen we het Goddelijke vinden als we niet in onze eigen harten kijken?

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *