De Chaitra Navratri [Caitra Navarātri] is een periode van negen dagen die gewijd is aan Durga. Hiermee begint ook wel het nieuwe jaar volgens de hindoejaartelling.

Navratri [Navarātri] komt twee keer per jaar voor. Nu is er over de Ashvina Navratri [Aśvina Navarātri] veel bekend, maar over de Chaitra Navratri is veel minder bekend, terwijl het toch het begin van het nieuwe Hindoejaar markeert.

Tithi

Chaitra shukla pratipad t/m chaitra shukla navami [caitra śukla navamī]

Achtergrond

De eerste dag van de Chaitra Navratri is tevens de dag dat het nieuwe Hindoejaar begint. In 2013 is het jaar 5115 van de kaliyuga begonnen en jaar 2070 volgens de Chaitraadi Vikrama Samvat, de jaartelling van koning Vikramaaditya [Vikramāditya]. Dit nieuwe jaar beginnen we met de verering van Durga [Durgā Mātā], omdat Zij degene is zonder wie niets kan plaatsvinden. Zij is de Oerbron van alle energie en met haar verering beginnen we dan ook het nieuwe jaar. Veel mensen beweren dat Brahma [Brahmā] op deze dag het heelal zou hebben geschapen. Echter heeft Hij volgens Puraana’s [Purāṇa] de wereld in één dag van Brahma geschapen. Één dag van Brahma staat gelijk aan 4.320.000.000 aardse jaren. Brahma heeft de wereld dus niet in één aardse dag geschapen, maar in 4.320.000.000 aardse jaren.

Het opmerkelijke is dat beide Navratri’s eindigen op een dag die te maken heeft met Rama [Śri Rāma]. De Chaitra Navratri eindigt namelijk op de dag van Ramanavmi [Rāmanavamī], de verschijningsdag van Rama, en de Ashvina Navratri eindigt op Vijaya Dashami [Vijayā Daśamī], de dag dat Rama Raavana [Rāvaṇa] heeft verslagen. Het verhaal uit de Ramayana [Rāmāyaṇa] is over het algemeen wel bekend. Rama heeft tijdens de Ashvina Navratri een Durga puja [Durgā pūjā] verricht en met Mata’s zegen heeft Hij toen Raavana verslagen. Het verhaal van de Chaitra Navratri heeft onder andere te maken met Rama’s voorouders. In een versie van de Devi Bhaagavatam [Devī Bhāgavatam] heb ik weleens een verhaal gelezen over prins Sudarshana [Sudarśana].

Sudarshana

Er was eens een koning, genaamd Dhruvasandhi. Hij had twee vrouwen: Manorama en Lilavati [Manoramā, Lilāvatī]. Bij beide vrouwen had hij één zoon. Deze zoons waren Sudarshana en Shatrujeeta [Śatrujīta]. Op een dag kwam de koning te overlijden en ontstond er een discussie over wie nu de troon moest opvolgen. Vooral de grootvaders (vaders van de moeders) van de twee prinsen deden hier erg moeilijk over, want ieder vond dat zijn kleinzoon koning moest worden. Dit kwam uit op een bloederige strijd, waarop Manorama besloot te vluchten met haar zoon Sudarshana. Uiteindelijk zochten zij hun toevlucht in de aashrama [āśrama] van rishi Bharadvaaja [ṛṣi Bhāradvāja]. Daar waren zij veilig.

In de aashrama werd Sudarshana ingewijd in de normen, waarden, rituelen en tradities van de religie en het Hindoeïsme als brede en diepe levensfilosofie. De prins was een groot toegewijde van Durga en vereerde Haar dus regelmatig met heel veel toewijding. Daardoor ontving hij Mata’s zegen. Later was er een svayamvara van prinses Shashikala [Śaśikalā], waarbij Shashikala Sudarshana als haar echtgenoot koos. De grootvader van Shatrujeeta werd hierop kwaad en verklaarde de oorlog. Devi Mata heeft hem en zijn leger toen vernietigd. Sudarshana, zijn vrouw en schoonvader waren erg blij en begonnen Devi Maa te prijzen. Devi Mata heeft hen toen gevraagd om Haar tijdens de Chaitra Navratri te vereren. Dit deden zij op grootse wijze en hierna werd Sudarshana tot koning gekroond. Een paar generaties later is Rama verschenen in dezelfde bloedlijn, op de laatste dag van de Navratri.

De Chaitra Navratri kan dus eigenlijk worden gezien als een nieuwjaarsfestival gewijd aan Durga als Oerbron van alle energie en Moeder van het heelal. Deze Navratri wordt ook wel Vasanta Navratri genoemd, omdat de lente dan is begonnen. De periode van groei en bloei is aangekomen. De donkere en grauwe tijden zijn voorbij en alles begint weer kleur en geur te krijgen.